In “Motie van Wanorde” hoopt Rik De Naeyer, staatssecretaris van de regerende VLD, de avond en nacht van zijn leven mee te maken met Betty (begrijp je?) Wouters, één van de secretaresses van de voorzitter van de grootste oppositiepartij. Een mooie suite in het Brusselse Albert I – hotel is de plaats van ‘gebeuren’. De buitenwereld, en dan vooral mevr. De Naeyer, is er rotsvast van overtuigd dat Rik De Naeyer deelneemt aan de parlementaire nachtzitting.
Alles verloopt gesmeerd tot er echter een niet zo gezond uitziend lijk op de vensterbank van Riks suite wordt ontdekt. De plannen van de staatssecretaris dienen drastisch herzien te worden en er dient vooral voor gezorgd dat het verwijderen van het lijk in de grootste anonimiteit gebeurt. Hiertoe kan slechts één man assistentie leveren: Pietje-precies en de bij mama inwonende kabinetchef van Rik: Jos De Bock.
De operatie ‘doofpot’ wordt echter gestoord door het te pas en vooral te onpas opduiken van de bemoeizieke hotelmanager, de geldzieke kelner en de kuiszieke Spaanse meid.
Wanneer er bovendien ongenode gasten opduiken, zijnde een zekere Ronny en een al even zekere verpleegster Engelen loopt het vooropgezette evacuatieplan totaal in het honderd. Eén ding is echter wel duidelijk: Rik De Naeyer beleeft inderdaad de avond en nacht van zijn leven in “Motie van Wanorde” …